Ik ben niet boos op je…

Soms komt een thema in een korte periode zo vaak aan de orde, dat het lijkt alsof God mij iets wil leren over wie Hij is. Dat heb ik nodig ook, zeker als ik mij bedenk dat het mijn levensdoel is om God steeds beter te leren kennen. Hiervoor ben ik zelfs gemaakt zo zegt Johannes 17: 3. Hoe het aan de orde kwam? Door een gesprek, een beeld en een woord…

Het gesprek

De aanleiding was een, voor mij, uitdagende preekopdracht. Ik zou gaan spreken over de toorn van God. Een onderwerp waar ik niet wekelijks over spreek. Julia, mijn oudste dochter, vangt de term ‘toorn van God’ op en vraagt mij wat dat betekent. Ik leg haar uit dat God ook wel eens heel boos kan zijn. Ik zie aan haar dat het haar verontrust. Dat blijkt ook uit de vraag die daarop volgt; “Papa, is God ook boos op mij?”. Ik merk dat de vraag mij raakt en ik moet even slikken. Op dat moment schiet mij een tekst te binnen. We lezen het samen.

Zijn woede duurt een oogwenk, zijn liefde een leven lang,… (Psalm 30: 6a)

Ik vraag aan Julia of ze weet wat een oogwenk is. Dat weet ze en ze demonstreert het me door heel opzichtig met haar ogen te knipperen. “Hoe vaak knipper je met jouw ogen denk je?”, vraag ik vervolgens. Ik zie haar denken en knipperen tegelijk. Haar ogen worden groter als ze mij de uitkomst van haar berekening geeft; “Wel duizend triljoen keer!” Ik zeg tegen haar; “zoveel meer houdt God van je dan dat Hij boos op je zou zijn”. Julia haar antwoord stemt me tevreden: “Wauw…”.

Het beeld

De tekst uit Psalm 30 laat me niet los in de voorbereiding op een trainingsdag over wonderen. Ik mag onze gasten helpen om woorden ter bemoediging te ontvangen en door te geven aan anderen. Ik vind dat ik zelf niet buiten schot kan blijven, dus vraag ik aan God of Hij iets specifieks wil vertellen aan iemand die aanwezig is tijdens deze dag. Ik word dus bepaald bij Psalm 30: 6. Er ontstaat een beeld, waarbij ik een oudere man voor me zie die erg bang is voor God. Door opvoeding en negatieve ervaringen in zijn kerk, is hij God gaan zien als streng en heel erg boos. Op het moment dat ik dit tijdens de trainingsdag zelf vertel, wordt dat beeld steeds scherper. Ik benoem wat ik heb ontvangen, zonder te zeggen dat het om een oudere meneer gaat. Ik zeg tegen de mensen in de zaal dat, als iemand zich herkent in wat ik zeg, hij naar voren mag komen voor bemoediging en gebed. Er komen een aantal dames naar voren. Op zich prachtig, maar niet de persoon die ik voor ogen heb. Ik besluit om te benoemen dat ik ervan overtuigd ben dat er nog een man is voor wie dit is bedoeld. Uiteindelijk komt er van achter uit de zaal een oudere meneer voorzichtig naar voren. Op het moment dat ik hem zie schrik ik… Het is exact dezelfde persoon die ik heb gezien in het beeld. Wat een bemoediging voor deze meneer. God bleek niet boos, maar zeer betrokken bij zijn leven!

Het woord

Ik geef een les aan de fulltime studenten over verschillende godsbeelden. Terwijl ik er over vertel, dringt zich iets aan mij op. “Vertel de groep dat Ik iets wil zeggen tegen iemand van hen, namelijk…Ik ben niet boos op je!”. Dat voelt wat ongemakkelijk om de les hiermee te “onderbreken”. Toch zeg ik het maar. Ik hoor mijzelf praten… “God wil iets tegen iemand in de groep zeggen: God is niet boos op je”. Ik ga door met de les en ben aan het einde van de ochtend de korte onderbreking haast vergeten. Na de les komt een studente trillend bij me. Ze zegt dat ze tijdens de les soms wat gebeden opschrijft. Terwijl ik het over godsbeeld had, schreef ze eerlijk naar God. “Heer…ik ben zo bang dat U boos op me bent”. Direct daarna sprak ik uit…God is niet boos op je.

De tranen schieten me weer in de ogen als ik dit schrijf. Drie gebeurtenissen kort op elkaar, waaruit blijkt dat God het schijnbaar belangrijk vindt te benadrukken dat Hij niet boos is. Misschien heeft God het wel voornamelijk tegen mij. Ik vind het vaak best moeilijk om de genade en liefde van God te laten landen in mijn hart. Ik heb het dan zo nodig om dit van Hemzelf te horen. Hoe meer ik Hem leer kennen hoe meer in verbaasd ben over wie Hij echt is.